Hoe keren we het tij?
De drie valkuilen in talentontwikkeling en het verborgen goud
Vanaf het moment dat een kind op sportief vlak beter presteert dan gemiddeld, krijgt het ineens haast. Althans, volgens de meeste volwassenen. De voorsprong die wij vaak herkennen als talent, lijkt nog géén minuut na constatering te veranderen in een achterstand. Plotseling is er geen tijd te verliezen en duiken we er bovenop. De trainingen worden opgeschroefd, feestjes worden overgeslagen en de lat gaat serieus omhoog.
De huidige aanpak in talentontwikkeling is als Google Maps die ons naar een bestemming leidt. We pakken snelwegen in plaats van toeristische routes, verkeerde afslagen worden meteen gecorrigeerd en wegwerkzaamheden zorgvuldig vermeden. Alles om zo snel mogelijk op het eindpunt te zijn. Maar sneller is niet altijd beter. De resultaatgerichte kijk op talentontwikkeling heeft een keerzijde. Hoewel medailletellers record naar record verbreken, neemt in de schaduw van het succes de druk om te presteren toe en het plezier1 af. Steeds vaker is talent geen zegen maar een vloek – daarover later meer – en sport niet langer een leerschool maar medaillefabriek. En dat moeten we niet willen. De vraag is: hoe keren we het tij?
It takes a village to raise an athlete
Een talentvolle sporter ontwikkelt zich in en mét zijn omgeving. Van ouders en coaches tot zaalbeheerders en clubbestuurders, we zijn allemaal belangrijke schakels op weg naar de top. Dat zullen we zelf niet snel zeggen, maar toch is het zo. Sterker nog, hoe wij denken en handelen rondom talentherkenning en -ontwikkeling heeft meer invloed dan we ons kunnen voorstellen.
"Een kloppend hart voor de sport is een belangrijke basis, maar helaas niet genoeg om talent op een verantwoorde manier te begeleiden"
De vraag hoe we het tij moeten keren, raakt daarom aan onszelf. Hoewel we gewend zijn om ons te richten op de sporter, is het tijd de blik te verbreden. Wie staan er links, rechts, voor en achter die sporter? Hoe dragen wij – het team rond de sporter – bij aan talentontwikkeling? Wat doen we goed en wat moet beter?
Vanuit de oprechte wens om sporters met passie en plezier te zien groeien, moeten juist dit soort vragen regelmatig worden gesteld. Helaas doen we dat weinig en pakken goede bedoelingen averechts uit. De verhalen liegen er niet om: een kloppend hart voor de sport is een belangrijke basis, maar helaas niet genoeg om talent op een verantwoorde manier te begeleiden. Het is daarom hard nodig om in de spiegel te kijken. We moeten verantwoordelijkheid nemen voor ons eigen aandeel in de ontwikkeling van sporters. Dat betekent dat we niet alleen bezig moeten zijn met hoe talent zich ontwikkelt, maar ook met hoe wij dat zelf doen. Maar waar begin je?
Valkuilen
Allereerst is het essentieel om bewust te worden van een aantal aannames die talentherkenning en -ontwikkeling kunnen saboteren. Daarom willen we jou, maar ook onszelf herinneren aan de valkuilen waar we keer op keer intrappen Ze lijken soms simpel, maar let op: daar zit juist de crux. De kans is groot dat je je schuldig maakt zonder dat je het door hebt. Des te belangrijker om even de tijd te nemen, je werk opzij te leggen en er eens goed voor te gaan zitten.